Het KB van 21 maart 2021 voorziet een wijziging van de bijlage III van het KB/WIB 92 op het stuk van de bezoldigingen van niet-inwoners die als seizoenarbeiders werken in de land-en tuinbouw.
In het verslag aan de Koning wordt verduidelijkt dat er elk jaar ongeveer 45.000 buitenlandse seizoenarbeiders in de Belgische land- en tuinbouw werken. Hun inkomsten uit die seizoensarbeid zijn in België zijn belastbaar in de belasting van niet-inwoners. Op de bezoldigingen van de seizoenarbeiders in de land- en tuinbouw wordt echter slechts 11,11 % bedrijfsvoorheffing ingehouden. Dit is lager dan de belasting die doorgaans uiteindelijk op die inkomsten zal verschuldigd zijn (18,725 %).
Verhoging bedrijfsvoorheffingspercentage
Om invorderingsproblemen te vermijden, wordt er voorzien in een verhoging van het bedrijfsvoorheffingspercentage op de inkomsten van buitenlandse seizoenarbeiders in de land- en tuinbouw tot 18,725 %.
Ook indien deze arbeiders nadat ze het aantal dagen dat ze onder het stelsel van gelegenheidsarbeider in de land- en tuinbouw kunnen werken uitgeput hebben, als arbeider (reguliere stelsel sociale zekerheid) in de land- of tuinbouw ingevolge een contract van bepaalde duur of voor een duidelijk omschreven werk van maximaal 6 opeenvolgende kalenderweken onmiddellijk aansluitend op een tewerkstelling als gelegenheidsarbeider in de land- of tuinbouw bij dezelfde werkgever wordt het bedrijfsvoorheffingspercentage van 18,725% toegepast op deze bezoldigingen.
Opgelet: het gaat enkel over de niet-inwoners die onder hoofdstuk V (inkomsten van andere niet-inwoners dan diegenen vermeld in de nrs. 2.1 B en 3.1B) vallen, met name de werknemers waarvan de inkomsten in België belastbaar zijn in de belasting van niet-inwoners.
De gelijkgestelde niet-inwoners die onder nr. 2.1 B vallen blijven onderworpen aan 11,11% bedrijfsvoorheffing, met name de niet-inwoners die bezoldigingen verkrijgen belastbaar in België, ingevolge één of meerdere arbeidsovereenkomsten die het volledige kalenderjaar bestrijken en voor zover die arbeidsprestaties ten minste 75 pct. van de wettelijk voorziene arbeidsduur per overeenkomst bedragen.
Er wordt voorzien dat de bedrijfsvoorheffing van 18,725% bevrijdend werkt met name dat deze overeenkomt met de eindbelasting. Indien de buitenlandse seizoenarbeider geen andere inkomsten verkrijgt die in België belastbaar zijn, dient er geen aangifte in de belasting der niet-inwoners meer ingediend te worden.
Woonplaatsverklaring
Er wordt voorzien dat de buitenlandse gelegenheidswerknemers aan hun werkgever een door de fiscale administratie van hun woonstaat uitgereikte woonplaatsverklaring moet bezorgen en dit uiterlijk op de dag van de eerste betaling door die werkgever van bezoldigingen van seizoenarbeiders in de land- of tuinbouw in het betrokken belastbare tijdperk.
Opgelet: Wanneer een gelegenheidswerknemer gespreid over het belastbare tijdperk meer dan één keer wordt tewerkgesteld bij dezelfde werkgever met onderscheiden contracten voor seizoenarbeid, moet hij telkens een woonplaatsverklaring overhandigen aan die werkgever.
Gelet op de mogelijke problemen die de arbeider kan ondervinden om een door zijn fiscale administratie uitgereikte woonplaatsverklaring te bekomen en deze binnen de wettelijke termijn aan zijn werkgever te bezorgen, wordt toegestaan dat een verklaring die zijn officiële woonplaats vaststelt, mag worden verstrekt door een andere overheidsinstantie dan de fiscale administratie, voor zover die overheidsinstantie bevoegd is om de burgerlijke woonplaats vast te stellen.
De werkgever is er niet langer toe gehouden om vóór 1 maart van het jaar volgend op het inkomstenjaar via elektronische weg een afschrift van de woonplaatsverklaring aan de fiscale administratie te bezorgen. Aangezien de wet de Minister van Financiën belast met het bepalen van de nadere regels voor het bezorgen van deze verklaringen, is om pragmatische redenen en om de administratieve formaliteiten in hoofde van de werkgever te verlichten besloten dat deze laatste de woonplaatsverklaringen ter beschikking moet houden van de Belgische fiscale administratie en ze over te maken op elk verzoek van die administratie. Dit is ondertussen aangepast in de wetgeving door de wet van 5 juli 2022 houdende diverse fiscale bepalingen.
Deze verplichtingen zullen gelden vanaf 01/01/2022.
Fiscale fiche
Daarnaast wordt er voorzien dat er een vermelding opgenomen zal moeten wordne op de fiche 281.10 zodat het duidelijk is dat er sprake is van bezoldigingen van seizoenarbeiders in de land- of tuinbouw. De fiche 281.10 over inkomstenjaar 2021 bevat deze vermelding al (vak 26 ’26. Buitenlandse seizoenarbeider in de land-en tuinbouw onderworpen aan bevrijdende bedrijfsvoorheffing’).
Inwerkingtreding
Het tarief van 18,725 % moet toegepast worden op de bezoldigingen die vanaf de bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad worden betaald of toegekend, met name 25/03/2021.
Bron: Koninklijk Besluit van 9 december 2021 tot wijziging van het KB/WIB 92, op het stuk van de bedrijfsvoorheffing, BS 23 december 2021, Wet van 21 januari 2022 houdende diverse fiscale bepalingen, BS 28 januari 2022; KB van 21/03/2021 tot wijziging van de bijlage III van het KB/WIB 92 op het stuk van bezoldigingen van niet-inwoners die als seizoensarbeiders in de land-en tuinbouw werken, BS 25 maart 2021; Bericht aan de werkgevers die bezoldigingen betalen aan arbeiders die niet-inwoner zijn en als seizoenarbeiders in de land- en tuinbouw werken, BS 9 maart 2022; Wet van 5 juli 2022 houdende diverse fiscale bepalingen, BS 15 juli 2022.