Deze compensatie komt er aangezien de sectoren die het voorwerp uitmaken van deze premie nog steeds geïmpacteerd worden door de overheidsmaatregelen in het kader van de coronapandemie. De compensatiepremie dient om de financiële gevolgen van de coronacrisis te verlichten, liquiditeitsproblemen te beperken en ontslagen te voorkomen.
Betrokken werkgevers
De compensatiepremie is dus bedoeld voor de werkgevers die in het laatste kwartaal van 2021 de deuren moesten sluiten.
Werkgevers met hoofdactiviteit evenementensector
De werkgevers vallen onder het Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf (PC 304) en RSZ werkgeverscategorie 562 of 662.
Of de hoofdactiviteit in de evenementensector bestaat uit:
- de beoefening van uitvoerende kunsten, inclusief de beoefening van uitvoerende kunsten door zelfstandig werkende artiesten (NACE-code 90011) en de beoefening van uitvoerende kunsten door artistieke ensembles (NACE-code 90012);
- de promotie en organisatie van uitvoerende kunstevenementen (NACE-code 90021);
- het ontwerp en de bouw van podia (NACE-code 90022);
- de gespecialiseerde beeld-, verlichtings- en geluidstechnieken (NACE-code 90023);
- ondersteunende activiteiten voor de uitvoerende kunsten (NACE-code 90029);
- de beoefening van scheppende kunsten (NACE-code 90031);
- ondersteunende activiteiten voor scheppende kunsten (NACE-code 90032);
- de exploitatie van schouwburgen, theaters, concertzalen, music-halls, cabarets en andere accomodaties voor podiumkunst (NACE-code 90041);
- de exploitatie van geluidsopnamestudio’s voor rekening van derden (NACE-code 90041);
- het beheer en exploitatie van culturele centra (NACE-code 90042);
- het beheer en exploitatie van multifunctionele centra en evenementenhallen, overwegend ten behoeve van de scheppende en uitvoerende kunst (NACE-code 90042);
- de organisatie van congressen en beurzen (NACE-code 82300);
- de organisatie van sportevenementen. Wat de organisatie van sportevenementen betreft, wordt de maatregel beperkt tot de werkgevers met de NACE-code 93199 die kunnen aantonen dat hun hoofdactiviteit bestaat uit de organisatie van sportevenementen.
Gelijkaardige activiteiten maar niet PC 304?
Werkgevers die niet vallen onder voormelde opsomming maar waarvan de hoofdactiviteit op het vlak van tewerkstelling zich wel voornamelijk in de evenementensector bevindt, kunnen ook een beroep doen op de compensatiepremie.
De RSZ zal hier wel eerst een controle uitoefenen op de toepassingsvoorwaarden.
Voor de toepassing hiervan definieert de RSZ het begrip ‘evenement’ als ‘een georganiseerde gebeurtenis die tijdelijk is en voor een publiek bestemd is. Het evenement kan openbaar of privé zijn. Het kan groot of klein in omvang zijn en het kan recurrent of punctueel plaatsvinden. Een evenement is in ieder geval beperkt in de tijd.’
Werkgevers die gesloten zijn voor het publiek in toepassing van het ‘pandemie-KB’ van 28 oktober 2021 en die behoren tot de volgende sectoren:
Dancings en discotheken
Werkgevers met de NACE-code 56.302 komen voor deze maatregel in aanmerking.
Indien bepaalde werkgevers niet onder deze NACE-code vallen, maar wel aantonen dat hun hoofdactiviteit, in termen van tewerkstelling, valt onder de sector van de dancings en de discotheken en dat hun hoofdactiviteit gesloten is voor het publiek overeenkomstig voorgaande KB, dan kunnen zij de betreffende premie ook aanvragen. Ook hier zal de RSZ eerst een controle uitvoeren.
Binnenspeeltuinen
Binnenspeeltuinen hebben geen specifieke werkgeverscategorie of NACE-code. De werkgevers moeten bewijzen dat hun hoofdactiviteit valt onder de sector van de binnenspeeltuinen en dat hun hoofdactiviteit voor het publiek gesloten is.
Uitbreiding van het toepassingsgebied van de wet naar werkgevers waarvan de hoofdactiviteit gericht is naar publiek en zich voornamelijk in binnenruimten situeert
Het betreft dan meer in het bijzonder:
- Subtropische zwembaden
- trampolineparken
- bowlingzalen
- snooker- en biljartzalen (werkgevers met NACE-code 93.291 )
- dartszalen
- inrichtingen voor paintballgames en lasergames
- escape rooms
Een werkgever die in aanmerking komen wilt komen voor de maatregel, moet dus aantonen
- dat ze valt onder één van de bovengenoemde sectoren;
- en deze hoofdactiviteit moest sluiten voor het publiek krachtens artikel 7,§1, lid 2, 2°, van het koninklijk besluit van 28 oktober 2021 houdende de nodige maatregelen van bestuurlijke politie teneinde de gevolgen voor de volksgezondheid van de afgekondigde epidemische noodsituatie betreffende de coronavirus COVID-19-pandemie te voorkomen of te beperken, in de versie die van kracht is op 26 december 2021;
- en ten slotte de hoofdactiviteit zich voornamelijk in binnenruimten situeert.
Toepassingsvoorwaarden
De werkgever moet de compensatiepremie gebruiken om de tewerkstelling te behouden in de periode van 1 januari 2022 tot en met 30 juni 2022.
De premie bedraagt 80 % van de aan de RSZ aangegeven brutolonen voor de betrokken kwartalen, met inbegrip van de socialezekerheidsbijdragen voor deze periode, waarbij geen rekening gehouden zal worden met de brutolonen en de socialezekerheidsbijdragen voor werknemers die in deze periode worden ontslagen, met uitzondering van de werknemers die om dringende redenen worden ontslagen.
Bijkomend mag de werkgever in voormelde periode geen:
- dividenden uitkeren aan aandeelhouders;
- bonussen uitkeren aan leden van de Raad van Bestuur en het leidinggevend personeel van de onderneming;
- eigen aandelen inkopen.
A posteriori controle
De RSZ kan achteraf controleren of aan de voorwaarden voldaan is.
Compensatiepremie
De compensatiepremie is begrensd tot 80 % van de aan de RSZ aangegeven brutolonen, met inbegrip van de socialezekerheidsbijdragen.
Brutolonen
Onder brutolonen wordt verstaan alle lonen toegekend aan alle werknemers en studenten van de betrokken werkgevers, met uitzondering van de flexi-jobs en de specifieke werknemers die niet in de DmfA werden aangegeven, zoals de vrijwilligers.
Er wordt geen rekening gehouden met brutolonen toegekend in het kader van ontslagen (niet dringende reden).
Socialezekerheidsbijdragen
Het betreft de netto patronale basisbijdragen waaronder begrepen wordt de patronale basisbijdrage, met inbegrip van de loonmatigingsbijdrage min de structurele verminderingen en doelgroepverminderingen.
De persoonlijke bijdrage, de bijdrage jaarlijkse vakantie en bijzondere bijdragen (bijvoorbeeld de bijdragen voor het Fonds voor Sluiting van ondernemingen, de bijdragen voor een Fonds voor bestaanszekerheid,…) worden niet meegenomen in de berekening van de netto patronale basisbijdragen.
Voor de tewerkstelling van studenten betreft het, het gedeelte van de patronale solidariteitsbijdrage ten laste van de werkgever (5,42%).
Voorlopige compensatiepremie
Werkgevers, die in het 1ste kwartaal 2022 in het repertorium van de RSZ actief zijn, kunnen reeds een aanvraag indienen vóór 26 februari 2022.
De vooropgestelde datum van aanvraag om in aanmerking te kunnen komen voor een voorlopige premie wordt verschoven van 25 februari 2022 naar 4 maart 2022. Het is aangeraden de aanvraag zo vlug mogelijk in te dienen. De aanvraag kan vanaf vandaag 21 februari 2022 gebeuren via een beveiligde online toepassing.
Wanneer de werkgevers een bevestiging ontvangen van de RSZ, wordt er een voorlopige premie toegekend.
De berekening gebeurt op basis van een ‘foto’ van de DmfA-aangifte van het 2de kwartaal 2021 en het 3de kwartaal 2021, op een nog nader te bepalen datum eind februari. De wijzigingen van de DmfA-aangifte die na die datum uitgevoerd worden, zullen niet in aanmerking worden genomen.
Het bedrag van de voorlopige premie stemt overeen met:
– het bedrag van de netto patronale basisbijdrage voor het 2de kwartaal 2021 + de door de werkgever verschuldigde solidariteitsbijdrage op studentenarbeid voor het 2de kwartaal 2021.
of
– het bedrag van de netto patronale basisbijdrage voor het 3de kwartaal 2021 + de door de werkgever verschuldigde solidariteitsbijdrage op studentenarbeid voor het 3de kwartaal 2021.
Het hoogste bedrag van de 2 wordt toegekend.
Definitieve compensatiepremie
Enkel voor de werkgevers die in het 2de kwartaal 2022 in het repertorium van de RSZ actief zijn.
Werkgevers met een voorlopige premie
Voor de definitieve berekening van de premie, wordt in mei 2022 gekeken naar een ‘foto’ van de DmfA-aangifte van het 4e kwartaal 2021.
Het bedrag van de definitieve premie zal overeenstemmen met de netto patronale basisbijdrage en de door de werkgever verschuldigde solidariteitsbijdrage op studentenarbeid voor het 4de kwartaal 2021.
Wanneer na de herberekening blijkt dat de definitieve premie lager is dan de voorlopige premie dan blijft het bedrag van de voorlopige premie verworven. Moest het bedrag van de definitieve premie hoger zijn, dan zal er nog een bijkomende premie toegekend worden.
Werkgevers geen voorlopige premie
De berekening van de definitieve premie zal enerzijds gebeuren op basis van een ‘foto’ van de DmfA-aangifte van het 2de kwartaal 2021 en het 3de kwartaal 2021 op dezelfde datum als voor de voorlopige premie, en anderzijds op basis van het 4de kwartaal 2021 op een nog nader te bepalen datum eind mei. De wijzigingen die na die data in de DmfA geregistreerd werden, worden niet mee in aanmerking genomen.
Het hoogste bedrag wat uit de drie berekeningen voortkomt, zal toegekend worden.
Aanvraagprocedure
Werkgevers uit de evenementensector houdt uw E-box in de gaten !
U hoeft als werkgever immers geen aanvraag in te dienen voor de toekenning van deze premie.
De werkgevers die in aanmerking komen voor de voorlopige premie zullen door de RSZ via een bericht in hun e-box op de hoogte gebracht worden dat zij in aanmerking komen.
In het bericht staat een link om rechtstreeks naar de aanvraagtoepassing te gaan.
Overige werkgevers
De overige werkgevers die in aanmerking denken te komen voor de compensatiepremie kunnen deze aanvragen via deze link, en dit tot 15 mei 2022.
Uitbetaling compensatiepremie
Voor alle werkgevers die een aanvraag vóór 26 februari 2022 ingediend hebben en die de bevestiging kregen dat ze voor de maatregel in aanmerking komen, zal het bedrag van de voorlopige premie gestort worden op de RSZ-rekening van de betrokken werkgever.
De premie zal in de eerste plaats aangewend worden om de resterende schulden van Q1 2022 af te lossen, en vervolgens eventueel op de overige verschuldigde bedragen en dit met aanwending op de oudste schuld. Indien er na toerekening een saldo overblijft, kan de werkgever om de uitbetaling ervan verzoeken. Indien u als werkgever niet om de uitbetaling verzoekt, zal het saldo aangewend worden voor de eerstvolgende nog te vervallen bedragen die aan de RSZ verschuldigd zijn.
Voor alle werkgevers die een aanvraag vóór 16 mei 2022 ingediend hebben en die de bevestiging kregen dat ze voor de maatregel in aanmerking komen, zal de RSZ het bedrag van de definitieve premie berekenen.
Ook hier zal de premie eerst ambtshalve gebruikt worden om de resterende schulden van Q2 2022 af te lossen, en vervolgens eventueel op de overige verschuldigde bedragen en dit met aanwending op de oudste schuld. Indien er na toerekening een saldo overblijft, kan de werkgever om de uitbetaling ervan verzoeken. Indien u als werkgever niet om de uitbetaling verzoekt, zal het saldo aangewend worden voor de eerstvolgende nog te vervallen bedragen die aan de RSZ verschuldigd zijn.
Bron: Wet van 14 februari 2022 houdende tijdelijke ondersteuningsmaatregelen ten gevolge van de COVID-19-pandemie, BS 28 februari 2022; Tussentijdse administratieve instructies RSZ van 4 februari 2022 en 21 februari 2022.