In ons artikel ‘Mobiliteitsvergoeding of mobiliteitsbudget – Bent u nog mee?’ hebben wij reeds de krijtlijnen van deze nieuwe regelgevingen uiteengezet. Daar er nog diverse wijzigingen werden doorgevoerd om beide regelgevingen te stroomlijnen, steken we ons schematisch overzicht ook in een aangepast jasje.
Mobiliteitsvergoeding | Mobiliteitsbudget | |
Omschrijving | Via de mobiliteitsvergoeding kan de werknemer die aan de voorwaarden voldoet kan één bedrijfswagen met privégebruik inruilen voor een geldbedrag (cash-for-car) | Het mobiliteitsbudget is een budget op jaarbasis dat aan de werknemer toegekend kan worden in ruil voor de bedrijfswagen met privégebruik en besteed kan worden in 3 pijlers:
Er wordt hiervoor een mobiliteitsrekening gecreëerd op naam van de werknemer. |
Keuzevrijheid | De invoering is de uitsluitende beslissingsbevoegdheid van de werkgever. De eventuele voorwaarden die de werkgever hieraan wil verbinden moeten wel ter kennis gebracht worden aan alle werknemers. Het is de vrije keuze van de werknemer om al niet gebruik te maken van deze mogelijkheid indien de voorwaarden voldaan zijn | |
Werkgever VW | Onmiddellijk voorafgaand aan de invoering van de mobiliteitsvergoeding/ het mobiliteitsbudget reeds 36 maanden ononderbroken één of meerdere bedrijfswagens ter beschikking stellen aan één of meerdere werknemers Uitzondering: starters die minder dan 36 maanden actief zijn op voorwaarde dat op het ogenblik van het invoeren van de mobiliteitsvergoeding / mobiliteitsbudget één of meerdere bedrijfswagens ter beschikking gesteld worden aan één of meerdere werknemers | |
Werknemer VW | Enkel werknemers die daadwerkelijk over een bedrijfswagen beschikken of die voor een bedrijfswagen in aanmerking komen (zijnde werknemers die deel uitmaken van een functiecategorie waarvoor het bij de werkgever geldende bedrijfswagenbeleid in een bedrijfswagen voorziet). Een werknemer kan enkel een aanvraag doen indien hij op het moment van de aanvraag minstens 3 maanden ononderbroken over een bedrijfswagen beschikt bij de huidige werkgever of ervoor in aanmerking komt én in de 36 maanden voorafgaand aan de aanvraag gedurende minstens 12 maanden een bedrijfswagen ter beschikking had bij de huidige werkgever of ervoor in aanmerking kwam. Uitzonderingen:
! Opgelet: er mag geen sprake zijn van een vervanging/ omzetting van loon, premies, voordelen in natura of andere voordelen. Het mobiliteitsbudget en de mobiliteitsvergoeding kunnen wel door elkaar vervangen worden. | |
Formaliteiten |
Opgelet: deze overeenkomst moet 5 jaar bewaard worden! |
Opgelet: deze overeenkomst moet 5 jaar bewaard worden!
|
Berekening |
|
|
Sociale en fiscale behandeling |
|
|
Aftrekbaar? | Aftrekbaar volgens hetzelfde percentage als de ingeleverde bedrijfswagen. Het aftrekpercentage wordt jaarlijks verlaagd met 10 procentpunten tot het minimum van 75% is bereikt | Aftrekbaar volgens de toepasselijke regels van het gekozen alternatief
|
Omkeerbaar? | De toekenning van de vergoeding eindigt uiterlijk de eerste dag van de maand waarin de werknemer opnieuw over een bedrijfswagen beschikt, een functie uitoefent waarvoor geen bedrijfswagen is voorzien of overstapt in het systeem van het mobiliteitsbudget. | De toekenning van het budget eindigt uiterlijk de eerste dag van de maand waarin de werknemer opnieuw over een ‘gewone’ bedrijfswagen (niet pijler 1) beschikt, een functie uitoefent waarvoor geen bedrijfswagen is voorzien of overstapt in het systeem van de mobiliteitsvergoeding. |
Verplaatsingsvergoeding? |
Uitzondering: er werd reeds een combinatie bedrijfswagen en vergoeding woon-werkverkeer toegekend gedurende minstens 3 maanden voorafgaand aan de aanvraag van de mobiliteitsvergoeding. |
Bron: Wet van 30 maart 2018 betreffende de invoering van een mobiliteitsvergoeding, BS 7 mei 2018; KB van 7 april 2019 ter invoering van een indexeringsmechanisme in uitvoering van artikel 12, § 2, van de wet van 30 maart 2018 betreffende de invoering van een mobiliteitsvergoeding, BS 16 april 2019; Wet van 17 maart 2019 betreffende de invoering van een mobiliteitsbudget BS 29 maart 2019; KB van 21 maart 2019 tot uitvoering van de wet van 17 maart 2019 betreffende de invoering van een mobiliteitsbudget, BS 29 maart 2019.