Voor het jaar 2020 dient de werkgever geen wijzigingen door te voeren in de balansen voor de percentages van de provisies voor het vakantiegeld. Deze zijn namelijk ongewijzigd t.o.v. 2019.
De bedragen die op 31.12.2019 zijn geboekt op de balans voor de uitbetaling van het vakantiegeld van het personeel in 2020, worden aanvaard als beroepskosten als ze vallen binnen onderstaande grenzen:
- 18,20 % van de vaste en veranderlijke bezoldigingen die in 2019 zijn toegekend aan bedienden die het voordeel van de wetgeving betreffende de jaarlijkse vakantie van werknemers genieten, verminderd met het in 2019 toegekende aanvullende vakantiegeld (dat aanvullende vakantiegeld mag ook niet worden opgenomen in de berekeningsgrondslag waarop bovenvermeld percentage moet worden toegepast)
- 10,27 % van 108/100 van de lonen die in 2019 zijn toegekend aan werklieden en leerlingen die het voordeel van diezelfde wetgeving genieten.
Bron: Circulaire 2020/C/31 over de bedragen geboekt in balansen afgesloten op 31.12.2019 voor de uitbetaling van het vakantiegeld van het personeel in 2020, 13 februari 2020.