De maanden april en mei zijn traditioneel de maanden bij uitstek voor de communie- en vrijzinnigheidsfeesten.
In dat kader is het van belang om nog even stil te staan bij de regels m.b.t. klein verlet voor communiefeesten en feesten van de vrijzinnige jeugd.
Klein verlet
In de wetgeving wordt er voorzien in een regeling waarbij werknemers onder bepaalde voorwaarden afwezig mogen zijn van het werk met behoud van hun normaal loon, naar aanleiding van bepaalde familiegebeurtenissen en voor de vervulling van de staatsburgerlijke verplichtingen of burgerlijke opdrachten.
Indien een werknemer gebruik wenst te maken van zijn recht op klein verlet, dan dient deze te voldoen aan de volgende voorwaarden:
- De werknemer moet de werkgever op voorhand of zo spoedig mogelijk verwittigen;
- De werknemer dient het klein verlet te gebruiken waarvoor het werd toegekend. Indien het arbeidsreglement dit voorziet of als de werknemer en werkgever hierover een akkoord hebben bereikt, kan de werkgever vragen dat de werknemer een bewijs van de gebeurtenis voorlegt;
- De werknemer heeft slechts recht op loon indien deze effectief loonverlies heeft geleden. Indien de arbeidsovereenkomst reeds omwille van een andere reden geschorst is, verliest de werknemer het recht op klein verlet.
Plechtige communie of vrijzinnigheidsfeest
Werknemers hebben in het kader van klein verlet het recht om afwezig te zijn met behoud van hun normaal loon op de dag van het communiefeest of het vrijzinnigheidsfeest van hun (geadopteerd of erkend) kind of het kind van hun echtgeno(o)t(e) of wettelijk samenwonende.
Er bestaat alleen een recht op klein verlet voor de plechtige communie of het feest voor de vrijzinnige jeugd. Er kan bijgevolg dus geen klein verlet worden opgenomen voor de eerste communie, het lentefeest of het doopfeest, tenzij dit wordt bepaald op sectoraal- of ondernemingsniveau.
Inactiviteitsdag
Indien de plechtigheid op een zondag, feestdag of andere inactiviteitsdag plaatsvindt, dan mag de werknemer de gewone activiteitsdag onmiddellijk voor of na de dag van de plechtigheid afwezig zijn. Volgens de Minister van Werk is dit de gewoonlijke activiteitsdag die het dichtst bij de de dag van de plechtigheid gelegen is.
Geadopteerde, erkende of meerdere kinderen
Een werknemer heeft eveneens recht op klein verlet voor geadopteerde kinderen of natuurlijk erkende kinderen. Dit betekent dat het recht op klein verlet ook kan aangevraagd worden voor het kind van de echtgeno(o)t(e) van de werknemer of de partner waarmee hij/zij wettelijk samenwoont.
Indien meerdere kinderen (vb. een tweeling, een drieling, meerdere kinderen van een samengesteld gezin,…) van een werknemer op dezelfde dag hun plechtige communie doen of een vrijzinnigheidsfeest geven, dan wordt het recht op klein verlet niet vermeerderd met het aantal kinderen. Indien de plechtigheid van de verschillende kinderen op verschillende dagen georganiseerd worden, dan zal de werknemer wel meerdere keren recht hebben op klein verlet voor de verschillende plechtigheden.
Deeltijdse werknemers
Een deeltijdse werknemer zal met behoud van zijn normale loon afwezig mogen zijn tijdens de dagen waarop hij normaal had moeten werken en voor het aantal uren dat hij normaal tijdens deze dagen gepresteerd zou hebben.
Echter de inactiviteitsdagen worden bekeken op ondernemingsniveau. Er wordt bijgevolg geen rekening gehouden met het arbeidsregime van de deeltijdse werknemer.
Een deeltijdse werknemer met een variabel werkrooster kan klein verlet opnemen indien er prestaties op die dag werden gepland. Indien dit niet het geval is, dan heeft de deeltijdse werknemer recht op een forfaitair loon dat overeenstemt met het loon dat de werknemer heeft ontvangen voor de vier weken die de dag klein verlet voorafgaan, gedeeld door het aantal dagen dat er in die periode in de onderneming werd gewerkt.
Residuaire regeling
De hierboven beschreven wettelijke regeling is een residuaire regeling. Concreet betekent dit dat deze regeling slecht van toepassing is indien bij cao, individuele arbeidsovereenkomst of arbeidsreglement geen gunstigere regeling is voorzien.
Bron: KB van 28 augustus 1963 betreffende het behoud van het normale loon van de werknemers voor afwezigheidsdagen ter gelegenheid van familiegebeurtenissen of voor de vervulling van staatsburgerlijke verplichtingen of van burgerlijke opdrachten, BS 11 september 1963; Kamer van Volksvertegenwoordigers, Schriftelijke vragen en antwoorden, Bulletin nr. 108, p. 573.