De regering voorziet een sanctie (responsabiliseringsbijdrage van 25 euro) voor werkgevers die de voorrang van deeltijdse werknemers voor het bekomen van een vacante betrekking of meer uren in de onderneming niet in acht nemen.
Voorrangsregel
Een deeltijdse werknemer kan bij diens werkgever schriftelijk een aanvraag indienen tot het bekomen van een vacante voltijdse betrekking of een andere al dan niet bijkomende vacante deeltijdse betrekking waardoor de werknemer een deeltijdse arbeidsregeling verkrijgt waarvan de wekelijkse arbeidsduur hoger ligt dan arbeidsduur van de deeltijdse arbeidsregeling waarin de werknemer tot nu toe werkte.
Cumulatieve voorwaarden:
- een vacante betrekking;
- die dezelfde functie betreft als die welke de werknemer reeds uitoefent;
- en waarvoor hij de vereiste kwalificaties bezit.
Procedure:
De deeltijdse werknemer kan naar eigen keuze bij de werkgever een schriftelijke aanvraag indienen waarin hij zijn wens uit om voltijds tewerkgesteld te worden of om een andere vacante deeltijdse betrekking te bekleden.
Opgelet: een werknemer met behoud van rechten heeft deze aanvraag al gedaan aan de hand van een C131 formulier voor het bekomen van een inkomensgarantie-uitkering.
Opgelet: de werknemer heeft nog steeds de mogelijkheid om de vacante betrekking die de werkgever heeft aangeboden, te weigeren. De werkgever is wel verplicht om de RVA hiervan op de hoogte te brengen indien de deeltijdse werknemer recht heeft op een inkomensgarantie-uitkering.
Nieuwigheden?
Indien de werkgever een vacante betrekking niet bij voorrang toekent aan een deeltijdse werknemer die een aanvraag hiervoor had ingediend en een inkomensgarantie-uitkering genoot, dan zal de werkgever in de toekomst een responsabiliseringsbijdrage moeten betalen.
De bedoeling is om werkgever die bepaalde deeltijdse werknemers tewerkstellen aan te zetten om hen meer te werk te stellen als er beschikbaar werk is in de onderneming.
De responsabiliseringsbijdrage bedraagt 25 euro per deeltijdse werknemer met inkomensgarantie-uitkering en per maand waarin de verplichting niet wordt nageleefd.
De bijdrage is verschuldigd vanaf de maand waarin het eerst het niet aanbieden of het niet bezorgen, bij voorrang van beschikbare bijkomende uren, werd vastgesteld en totdat de werkgever bijkomende beschikbare uren aan de betrokkene deeltijdse werknemer aangeboden of bij voorrang bezorgd heeft.
De bijdrage is niet verschuldigd indien:
- er gedurende één jaar geen bijkomende uren beschikbaar waren in dezelfde functie van de deeltijdse werknemer met behoud van rechten;
- er bijkomende uren werden gegeven aan een andere werknemer door het feit dat het gaat om uren die betrekking hebben op prestaties tijdens dezelfde tijdblokken als de prestaties geleverd door de betrokken deeltijdse werknemer met behoud van rechten.
De responsabiliseringsbijdrage is voor de RSZ-Globaal Beheer van de werknemers.
Controle?
De controle van het al dan niet voorkomen van bijkomende uren zal gebeuren op basis van de RSZ aangiften.
Uitvoeringsmodaliteiten
Bij KB kunnen de nadere regels voor de vaststelling en de betaling van de responsabiliseringsbijdrage vastgelegd worden.
De bepalingen m.b.t. de responsabiliseringsbijdrage zijn van toepassing op deeltijdse arbeidsovereenkomsten die afgesloten worden vanaf 01.01.2018.
Opgelet: Deze bespreking is gebaseerd op ontwerpteksten. De uiteindelijke maatregelen kunnen dus afwijken van deze bespreking.
Bron: ontwerp van programmawet van 6 november 2017, Parl. St. , Kamer 2016-2017, nr. 2746/001.