Vanaf 1 juli 2017 was het onder bepaalde voorwaarden toegelaten om studentenarbeid te verrichten voor studenten in een stelsel van alternerend leren. Het KB van 10/07/2017 heeft het verbod op een studentenovereenkomst voor jongeren met een alternerende leerovereenkomst immers opgeheven.
Dankzij een nuancering in de administratieve instructies van de RSZ in het 2e kwartaal van 2018 kon een student in een stelsel van alternerend leren tijdens de zomermaanden (juli en augustus) via een studentenovereenkomst werken bij zijn stagegever
Vanaf het 1e kwartaal van 2019 had de RSZ de voorwaarden voor studentenarbeid en alternerend leren opnieuw verstrengd op vraag van de NAR. De uitzondering waarbij men tijdens de zomermaanden als student mocht werken bij de werkgever waarbij men de praktische opleiding volgt, werd immers geschrapt. Het gevolg hiervan was dat het niet langer mogelijk was om als student te werken tijdens de maanden juli en augustus bij de stagegever.
De RSZ heeft het standpunt m.b.t. alternerend leren en studentenarbeid in de tussentijdse instructies van 12.06.2019 opnieuw versoepeld op vraag van de Minister van Werk. Bijgevolg mag een student in een stelsel van alternerend leren tijdens de zomermaanden (juli en augustus) toch via een studentenovereenkomst werken bij zijn stagegever
Bron: Tussentijdse instructies RSZ van 12/06/2019.