Sociaal-Juridisch

Single Permit: gedeeltelijke omzetting richtlijn 2011/98/EU

By 27 april 2018juni 25th, 2019No Comments

Het doel van de Single Permit is om via één enkele aanvraagprocedure een verblijfstitel te verkrijgen die aan derdelandsonderdanen zowel toegang tot het grondgebied verleent alsook het recht om te werken.  Een eerste stap hiertoe werd gezet door het samenwerkingsakkoord gesloten op 2 februari 2018 tussen de federale overheid, de gewesten en de Duitstalige Gemeenschap. Meer details hierover kunt u terugvinden in ons vorig artikel.

Wijziging Vreemdelingenwet

Het huidig wetsontwerp voegt een nieuw hoofdstuk toe aan de Vreemdelingenwet (Wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen):

“Hoofdstuk VIIbis – Onderdanen van derde landen die met het oog op werk in het Rijk verblijven of er wensen te verblijven voor een periode van meer dan negentig dagen”.

Het gekozen scenario voert één enkele aanvraagprocedure die het mogelijk maakt een verblijfstitel met een vermelding inzake de toegang tot de arbeidsmarkt (= gecombineerde vergunning) af te geven aan de onderdanen van derde landen voor wie economische migratie door werk de reden is om naar België te komen.

Procedure

De procedure bestaat uit de volgende stappen:

  1. De aanvraag voor een gecombineerde vergunning wordt door de werknemer, via de werkgever, ingediend. De aanvraag voor een gecombineerde vergunning wordt alleen door de werknemer ingediend wanneer hij een aanvraag voor een onbeperkte arbeidsvergunning indient.
  2. De aanvraag wordt ingediend bij het Gewest dat territoriaal bevoegd is. Indien het Gewest niet bevoegd is, stuurt deze het dossier naar het bevoegde Gewest. Het bevoegde Gewest bevestigt de ontvangst van het dossier en onderzoekt of het dossier volledig/ontvankelijk is. Nadat de aanvraag ontvankelijk is verklaard, wordt een kopie van het dossier ten laatste 15 dagen na de ontvangst van het volledige dossier naar de Dienst Vreemdelingenzaken gestuurd.
  3. Zodra het dossier als ontvankelijk (en dus volledig) wordt beschouwd begint de termijn van 4 maanden waarbinnen de gecombineerde vergunning moet worden afgeleverd te lopen. Het Gewest stuurt een kopie van het dossier naar de Dienst Vreemdelingenzaken, die vervolgens zijn veiligheidsonderzoek start. Tegelijkertijd onderzoekt het bevoegde Gewest of de voorwaarden voor de afgifte van een arbeidsvergunning vervuld zijn.
  4. De Dienst Vreemdelingenzaken neemt een beslissing, onder de opschortende voorwaarde van de toelating tot arbeid door het Gewest. Het Gewest neemt een autonome beslissing inzake de toelatingen tot arbeid. Deze twee beslissingen worden in één enkele administratieve handeling geïncorporeerd. Wanneer beide beslissingen positief zijn, zowel wat het luik van de tewerkstelling als wat het luik betreffende het verblijf betreft, moet de Dienst Vreemdelingenzaken de werknemer en, zo nodig, de werkgever altijd kennisgeven van de administratieve handeling.
  5. Indien de beslissing van de Dienst Vreemdelingenzaken negatief is, brengt hij deze beslissing alleen ter kennis van de werknemer (veiligheidsonderzoek van de Dienst Vreemdelingenzaken versus privacy van de werknemer). Het Gewest wordt in kennis gesteld van deze negatieve beslissing. In dat geval kan de werknemer een beroep instellen bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen. Tegen de beslissing van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen kan dan nog een beroep bij de Raad van State worden ingesteld.
  6. Als de Dienst Vreemdelingenzaken een positieve beslissing neemt, maar het Gewest daarentegen een negatieve beslissing neemt, brengt het Gewest deze negatieve beslissing ter kennis van de werknemer en de werkgever. In dit geval kunnen zowel de werkgever als de werknemer een beroep indienen bij de gewestminister die bevoegd is. Tegen de beslissing van de gewestminister kan vervolgens nog beroep worden ingesteld bij de Raad van State.
  7. Ten slotte zal de Dienst Vreemdelingenzaken de eindbeslissing (indien deze zowel met betrekking tot het verblijf als met betrekking tot de tewerkstelling positief is) ter kennis brengen van de posten en/of de gemeenten. Indien het gaat om een negatieve beslissing die door de Gewesten is genomen, moet de beslissing door de Gewesten ter kennis van de aanvrager worden gebracht.
  8. Indien de Dienst Vreemdelingenzaken om een verblijfsreden een einde maakt aan het verblijf kan er bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen en, zo nodig, bij de Raad van State een beroep worden ingesteld tegen deze beslissing. De intrekking kan ook op vraag van het Gewest plaatsvinden wanneer aan de voorwaarden voor de toekenning van een arbeidsvergunning niet langer is voldaan. Tegen deze negatieve beslissing kan, wat het luik “werk” betreft, in beroep worden gegaan bij de gewestminister en, zo nodig, bij de Raad van State. Indien de Dienst Vreemdelingenzaken de gecombineerde vergunning intrekt, kan hiertegen steeds een beroep worden ingesteld bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen en, zo nodig, bij de Raad van State.

In fine:

Elke instantie moet haar beslissingen motiveren en elke beslissing bevat de inlichtingen die betrekking hebben op het beroep.

    • Alle beslissingen die dubbel positief zijn (verblijf en tewerkstelling) worden steeds ter kennis gebracht door de Dienst Vreemdelingenzaken.
    • Alle beslissingen die negatief zijn met betrekking tot het luik van het verblijf, worden door de Dienst Vreemdelingenzaken ter kennis van de werknemer (+ informatie voor de werkgever) gebracht.
    • Alle beslissingen om een einde te maken aan de machtiging om te werken die door de deelstaat worden genomen, worden door de Dienst Vreemdelingenzaken ter kennis van de werknemer en de werkgever gebracht. De richtlijn legt weliswaar geen gecombineerde procedure op, maar met het oog op een coherente aanpak en rechtszekerheid geeft de DVZ kennis van alle beslissingen om een einde te maken aan de machtiging om te werken, inzonderheid het kennisgeven van een bevel om het grondgebied te verlaten of het afgeven van een machtiging tot voorlopig verblijf, zodat de onderdaan van een derde land naar een andere werkgever kan zoeken.
    • Van alle andere negatieve beslissingen met betrekking tot het luik van het verblijf geeft de deelstaat kennis aan de werknemer/werkgever.

Het schema is eveneens van toepassing indien er sprake is van een aanvraag voor een verlenging van de arbeidsvergunning en de verblijfsvergunning (maar vrijstelling van betaling van de bijdrage).

Alle partners hebben zich er ook toe verbonden:

    • de doorlooptijden, in het bijzonder voor profielen die van belang zijn voor de concurrentiepositie van onze bedrijven, zoals bijvoorbeeld hooggeschoolden of voor functies die op korte tijd dienen te worden ingevuld, zoals knelpuntberoepen, zoveel mogelijk te beperken, zonder de eisen van een ernstig veiligheidsonderzoek in het gedrang te brengen;
    • na verloop van tijd een mechanisme in te voeren om de efficiëntie van de procedure te evalueren.

Inwerkingtreding

Deze wet zal pas in werking treden op de dag van publicatie van de laatste goedgekeurde akte uitgaande van de partijen van het samenwerkingsakkoord van 2 februari 2018.

 

Bron: Wetsontwerp van 29 maart 2018 tot wijziging van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen.

Deze website maakt gebruik van cookies om je gebruikservaring te optimaliseren. Door op “Accepteren” te klikken, ga je akkoord met het plaatsen van deze cookies.