Het KB van 18 juli 2002 regelt een systeem van bijdragevermindering, hoofdzakelijk voor de non-profitsector. Voor elke werknemer die aan de voorwaarden voldoet, kunnen de werkgevers van de verschillende sectoren een forfaitaire vermindering van hun sociale bijdragen aanvragen. Het is geen bijdragevermindering op het niveau van de werkgever, maar wel op het niveau van de sector waarin de werkgever actief is. De bedragen die door deze maatregel vrijgemaakt worden binnen een bepaalde sector, worden aangewend om bijkomende tewerkstelling in de sector te subsidiëren.
Het bedrag van de vermindering wordt door de RSZ zelf berekend en ingehouden bij de betrokken werkgevers en vervolgens doorgestort aan de daartoe opgerichte sociale fondsen. De werkgever moet evenwel rekening houden met deze inhouding sociale maribel om het maximumbedrag aan bijdragen te bepalen dat nog in aanmerking komt voor eventuele andere verminderingen die hij kan toepassen.
Overzicht PC’s:
- Paritair Comité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp (318);
- Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap (318.01);
- Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap (318.02);
- Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten (319);
- Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap (319.01);
- Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap (319.02);
- Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen, de sociale werkplaatsen (327) en de maatwerkbedrijven, met uitzondering van de sociale werkplaatsen;
- Paritair Subcomité voor de Vlaamse sector van de beschutte werkplaatsen, de sociale werkplaatsen en de maatwerkbedrijven (327.01), met uitzondering van de sociale werkplaatsen;
- Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap (327.02);
- Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen van het Waalse Gewest en van de Duitstalige Gemeenschap (327.03);
- Paritair Comité voor de socio-culturele sector (329);
- Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap (329.01);
- Paritair subcomité voor de federale en bicommunautaire socio-culturele organisaties (329.03);
- Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waals Gewest (329.02);
- Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en diensten (330), met uitzondering van de werkgevers die onder de omschrijving van het paritair subcomité voor de tandprothese vallen;
- Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector (331);
- Paritair Comité voor de Franstalige en Duitstalige welzijns- en gezondheidssector (332).
Onder het toepassingsgebied vallen ook enkele werkgevers die behoren tot de openbare sector.
Verminderingsbedrag
Bedrag 01/01/2020 | Bedrag 01/01/2021 | |
Paritair comité voor de diensten van gezins- en bejaardenhulp (318.xx) | 409,37 euro | 409,37 euro |
Paritair comité voor de gezondheidsinrichtingen en diensten (330.xx), m.u.z. van PC 330.03 | 507,48 euro | 507,48 euro |
Fonds sociale maribel van de overheidssector | 498,31 euro | 498,31 euro |
Erkende beschutte werkplaats (categorie 3 structurele vermindering) | 539,95 euro | 539,95 euro |
Andere werkgevers | 504,10 euro | 504,10 euro |
Cumul
De vermindering van de sociale maribel is niet cumuleerbaar met ‘langdurig werkzoekenden’ (DmfA), of één van de voor deze categorie voorziene overgangsmaatregelen, ‘gesubsidieerde contractuelen’ behalve als het gesubsidieerde contractuelen KB nr 474 betreft (DmfAPPL), ‘contractuele vervangers openbare sector’, ‘art. 60 §7 van de OCMW-wet’ (DmfAPPL).
De vermindering sociale maribel is cumuleerbaar met de doelgroepvermindering ‘gesubsidieerde contractuelen plaatselijke besturen’ (KB nr. 474), maar wordt beperkt tot loonmatigingsbijdrage van 5,67% of 6,07%.
Bron: Administratieve instructies RSZ 2021/1; Koninklijk besluit van 25 maart 2021 tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector en tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 mei 2003 tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 (I), betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen, BS 31 maart 2021.