Ook voor het tweede kwartaal 2021 zal het bijkomend contingent van 120 vrijwillige overuren ingezet kunnen worden. Hier geldt eveneens zoals in 2020 dat de bijkomende vrijwillige overuren die reeds gepresteerd zijn in Q1 in mindering gebracht moeten worden van het bijkomend contingent voor Q2 2021. Aldus gaat het niet over twee keer een bijkomend contingent van 120 vrijwillige overuren per kwartaal.
De overige regels blijven van toepassing, m.n.:
- De overuren mogen enkel gepresteerd worden in de cruciale bedrijven en bij het verrichten van essentiële diensten zoals omschreven in het MB van 28 oktober 2020.
Ook de uitzendsector behoort hieronder als de dienstverlening beperkt is tot de bedrijven behorende tot de cruciale sectoren en de essentiële diensten voor wat betreft de uitzendarbeid, en beperkt tot zorg en welzijnswerk aan kwetsbare doelgroepen en tot de huishoudens overeenkomstig het protocol, voor wat betreft de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren.
- Er is geen inhaalrust en geen overloon verschuldigd voor deze vrijwillige overuren en ze tellen niet mee voor de interne grens.
- Het is steeds vereist om voorafgaand met elke individuele werknemer een schriftelijk akkoord te sluiten voor max. 6 maanden (hernieuwbaar), evenwel beperkt tot de duurtijd van de maatregel (thans 30 juni 2021).
- De maximale grenzen van 11u/dag en 50u/week moeten gerespecteerd worden.
- De vrijwillige overuren komen niet in aanmerking voor de BV-vrijstelling voor overuren.
De RSZ heeft reeds bevestigd dat net zoals in het eerste kwartaal van 2021 deze bijkomende vrijwillige overuren vrijgesteld zijn van sociale zekerheidsbijdragen en belastingen.
Bron: Wet van 2 april 2021 houdende tijdelijke ondersteuningsmaatregelen ten gevolge van de COVID-19-pandemie, BS 13 april 2021, tussentijdse instructies portaalsite rsz.