In ons artikel “De behandeling van auteursrechten op vlak van de sociale-zekerheid” werd reeds toegelicht dat er vanaf het eerste kwartaal 2023 een nieuwe regeling geldt voor auteursrechten op vlak van de sociale zekerheid. Mits bepaalde voorwaarden voldaan zijn, zijn deze vrijgesteld van socialezekerheidsbijdragen.
Naar aanleiding hiervan werd voorzien in een regularisatiemogelijkheid voor werkgevers die ten onrechte auteursvergoedingen niet bij de RSZ zouden hebben aangegeven (en bijgevolg geen socialezekerheidsbijdragen hierop hebben betaald) maar wel als dusdanig bij de fiscus, en dit voor de jaren 2018, 2019, 2020, 2021 en 2022.
De werkgever moet daartoe een DmfA aangifte indien bij de RSZ van alle niet bij de RSZ aangegeven vergoedingen die overeenkomen met de bedragen die voor de jaren 2018, 2019, 2020, 2021 en 2022 in de personenbelasting als “roerende inkomsten” werden aangegeven. De aangifte moet gebeuren met looncode 47 in de DmfA van het desbetreffende kwartaal.
De geregulariseerde bedragen die overeenkomstig bovenvermelde procedure binnen de gestelde deadline worden aangegeven niet langer aanleiding zullen geven tot nabetaling van bijdragen, bijdrageopslagen, forfaitaire vergoedingen of verwijlintresten bij de RSZ!
De deadline voor de regularisatie werd verschoven van 30 juni naar 31 december 2023.
Opgelet: indien bij een controle blijkt dat bepaalde bedragen niet via bovenvermelde procedure en binnen de gestelde deadline werden aangegeven, zullen hierop wel bijdragen, bijdrageopslagen, …. . verschuldigd zijn!