Ter herinnering
In een advies van de Nationale Arbeidsraad van 20/12/2022 had de NAR zich eenparig uitgesproken over de aanpassing van de wettelijke maximale opzeggingstermijn in geval van opzegging door de werknemer. Meer in het bijzonder richt het advies zich op de overgangsregeling die van toepassing is voor het bepalen van de opzeggingstermijnen voor arbeidsovereenkomsten die gesloten zijn vóór 1 januari 2014, wanneer de werknemer deze opgezegd heeft (cf. wet eenheidsstatuut).
De opzeggingstermijn die nageleefd moet worden voor arbeidsovereenkomsten van voor 01/01/2014 wordt bepaald door een som te maken van deel 1 ofwel de anciënniteit verworven op 31 december 2013 en de regels die tot dan golden, en deel 2 de anciënniteit vanaf 1 januari 2014 en de regels die vanaf dan gelden. Het zogenaamde ‘kliksysteem‘ of ‘rugzakje‘.
De wet van 23/03/2023 heeft de zogenaamde twee-stappenregel afgeschaft (kliksysteem) wanneer de werknemer een arbeidsovereenkomst opzegt die is aangevangen vóór 1 januari 2014. Vanaf 28 oktober 2023 moet de werknemer enkel nog rekening houden met de door de Wet Eenheidsstatuut ingevoerde “nieuwe” opzeggingstermijn (zie hieronder).
Anciënniteit | Opzegging door de werknemer (in weken) |
Van 0 tot minder dan drie maanden | 1 |
Van drie maanden tot minder dan zes maanden | 2 |
Van zes maanden tot minder dan twaalf maanden | 3 |
Van twaalf maanden tot minder dan 18 maanden | 4 |
Van 18 maanden tot minder dan 24 maanden | 5 |
Van 2 jaar tot minder dan 4 jaar | 6 |
Van 4 jaar tot minder dan 5 jaar | 7 |
Van 5 jaar tot minder dan 6 jaar | 9 |
Van 6 jaar tot minder dan 7 jaar | 10 |
Van 7 jaar tot minder dan 8 jaar | 12 |
Vanaf 8 jaar | 13 |
De wetswijziging zorgt ervoor dat bij een ontslag door een werknemer die in dienst is van vóór 2014 de opzeggingstermijn voor alle werknemers (arbeiders en bedienden) nooit meer dan 13 weken mag bedragen. Dit om een gelijke behandeling van arbeiders en bedienden te waarborgen.
Opgelet: de opzeggingstermijnen bij opzegging door de werkgever wijzigen niet. Bij opzegging door de werkgever van een arbeidsovereenkomst van een hogere bediende die is aangevangen vóór 1 januari 2014, moet de opzeggingstermijn van deel I worden vastgesteld op 1 maand per begonnen jaar anciënniteit, met een minimum van 3 maanden, tenzij op die datum van 31 december 2013 een geldige clausule inzake de opzeggingstermijn bestaat, in welk geval toepassing wordt gemaakt van die clausule.
Inwerkingtreding
De wet voorziet een inwerkingtreding 6 maanden na publicatie in het Belgisch Staatsblad, met name 28 oktober 2023.
Er is expliciet voorzien dat de wetswijziging niet van toepassing is op opzeggingen die door werknemers betekend worden vóór de inwerkingtreding van deze wet (cf. rechtszekerheidsbeginsel).