Skip to main content
Sociaal-Juridisch

IPA 2021 – 2022 – regeringsakkoord

By 31 mei 2021september 29th, 2021No Comments

Tweejaarlijks onderhandelen de sociale partners (Groep van 10) over een interprofessioneel akkoord (IPA) waarin een aantal zaken geregeld worden die de kapstok vormen voor verdere onderhandelingen op sectorniveau en op ondernemingsniveau.

Een van de onderdelen van het IPA is de koopkracht met name de loonnorm. De loonnorm (de maximale marge voor de loonkostenontwikkeling) wordt om de twee jaar vastgelegd en bepaalt hoeveel de loonkosten maximaal mogen stijgen. In dit geval gaat het over de jaren 2021 en 2022.

Het doel van de loonnorm is om ervoor te zorgen dat de Belgische loonkosten niet sneller stijgen dan die van onze buurlanden zodat onze economie competitief blijft.

Voor de periode 2021 – 2022 had de Centrale Raad voor het bedrijfsleven (CRB) de maximaal beschikbare marge op 0,4% bepaald.

Voorstel regering

Aangezien de sociale partners niet tot een akkoord zijn gekomen, heeft de regering dit zelf in handen moeten nemen. Binnen de regering is er een akkoord bereikt over een bemiddelingsvoorstel.

Opgelet: het betreft een politiek akkoord dat terug naar de sociale partners gaat en desgevallend bij weigering door de sociale partners door de regering via KB zal uitgevoerd worden.

De maximale marge voor de loonkostenontwikkeling (loonnorm) voor 2021 – 2022 van 0,4% wordt bevestigd (cf. technisch verslag van het secretariaat van de CRB).  Over de invulling van de 0,4% loonmarge kan eerst op sectoraal niveau onderhandeld worden. Het is dus aan te raden om eventuele sectorakkoorden af te wachten.

De automatische indexering (2,85% in de periode 2021 – 2022 volgens het verslag van de CRB) en baremieke verhogingen zullen net zoals in de vorige jaren gewaarborgd blijven.

Er wordt verduidelijkt dat de uitzonderlijke en tijdelijke maatregelen die tijdens de coronacrisis en voor 12/4/21 zijn genomen met betrekking tot de arbeidsomstandigheden en de lonen, niet in mindering worden gebracht op de maximale marge van 0,4%. Het gaat onder meer om de maatregelen die zijn genomen m.b.t.  verplicht telewerken tijdens coronacrisis, het vaccinatieverlof, het akkoord over de zorgsector en de eenmalige bonussen die zijn toegekend in bedrijven die deel uitmaken van grote voedseldistributieketens.

Er wordt daarnaast voorzien dat ondernemingen waar tijdens de crisis goede resultaten zijn behaald, in 2021 uitzonderlijk de mogelijkheid (geen verplichting) krijgen om een coronapremie  bovenop de maximale marge van 0,4% toe te kennen. Hierover kan verder op ondernemingsniveau onderhandeld worden. Er is geen specifiek omzetpercentage vastgelegd om te bepalen welke ondernemingen goede resultaten geboekt hebben.

Hiervoor worden er wijzigingen voorzien aan art. 19 quinquies van het KB van 28 november 1969 (voorheen ‘consumptiecheques’), met name dat:

  • ondernemingen deze coronapremie kunnen uitreiken tot en met 31 december 2021;
  • de coronapremie netto maximaal 500 euro per werknemer voor het jaar 2021 bedraagt;
  • het toepassingsgebied zal worden uitgebreid zodat de coronapremie in meer inrichtingen zal kunnen worden besteed.

Er wordt daarbij voorzien in een werkgeversbijdrage van 16,5% op deze coronapremie (cf. aanpassing wet van 29/06/1981). Het volmachtenkb dat deze premie (consumptiecheques) in 2020 van de loonnorm uitsloot, zal met 1 jaar worden verlengd (2021).

 

Bron: Wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen, BS 1/08/1996; Draft bemiddelingsvoorstel van 06/05/2021. 

Deze website maakt gebruik van cookies om je gebruikservaring te optimaliseren. Door op “Accepteren” te klikken, ga je akkoord met het plaatsen van deze cookies.